donderdag 30 september 2010

Thee zonder mok(ken)

Maandagochtend zette ik de radio aan en viel ik midden in The Pet Shop Boys: Go West. Met een gelukzalig gevoel nam ik een slok van mijn thee. Vreselijke plaat, maar vandaag kon ik 'm verdragen: hij herinnerde me eraan dat ik vakantie heb. Twee heerlijke Westloze weken had ik voor de boeg. Go West? Voorlopig even niet. Evengoed was er werk aan de winkel; we zijn uitgekeken op de wandkast en dus was het slopen geblazen, maar eerst moest de boel leeggeruimd worden. Op zo’n moment kom je erachter wat voor een troep je in de loop der jaren bij elkaar hebt verzameld. Hoe kwamen we in vredesnaam aan die lelijke vaas, die afschuwelijke blauwe kaarsenstandaard, een - dat was ooit eens in - opblaasbare fruitschaal en dito fotolijstje? Die cd van Gerard Jolink? Die Tiroolse natuurfilm?

Naast bovenstaande snuisterijen, kwam ik ook een aantal familie-aandenkens tegen. Toen Opa Van Kerkwijk nog leefde, kwam zijn familie ieder jaar bij elkaar; gingen we bowlen en daarna eten. Ieder jaar nam een ander stel de organisatie op zich, wat ook inhield dat je een passend aandenken moest regelen. Sinds Opa er niet meer is, zijn deze feestjes passé. Logisch ook, want zo gezellig was het nu ook weer niet: opscheppen over nieuw gekochte tv’s, auto’s, fototoestellen en kroost was een vast programma-onderdeel. En wat een ander ook had: ome Job had altijd een betere of leukere. Om een lange middag kort te maken: na afloop stapte je weer mopperend in de auto en verzuchtte je blij te zijn dat het maar één keer per jaar is.

Maargoed: ik vond een paar foeilelijke trofees met bowlingballen en kegeltjes erop. En heee, wat hadden we daar? Een mok met een foto van een gelukkig gezinnetje. Kijk nou, ome Job met zijn vrouw Petra en hun dochtertje Mandy. Wat een enig stel. Job heeft iets weg van een bouvier: ook zo’n lodderige blik. Petra is type Windjack en ongetwijfeld is ze vaste klant bij Miss Etam. Denk daarbij ook even zo’n lelijk Zeeuws accent. Mandy is het resultaat van – denk ik – vijf minuten jolijt in de Sören met onvervalste Ikea-lattenbodem. Een stomvervelend zeikerig kind, naar mijn bescheiden mening. De mok kregen we tijdens de laatste Kerkwijker-familiedag, die zij toen organiseerden. “Getverderrie, dit is wel de ergste vorm van opschepperij,” dacht ik, terwijl ik nog wat cd’s bij elkaar raapte. “Je familie opzadelen met jouw lelijke gezinsfoto. Elke keer dat je van je bakkie leut zit te lurken, word je ongewild geconfronteerd met dit walgelijke reclameplaatje. Alsof iemand daarop zit te wachten! Typisch iets voor die hondenkop...'

Net toen ik wilde voorstellen om ‘m een rondje mee te laten draaien in de vaatwasser - mijn originele Freddie Mercury-mok heeft dat destijds niet met glans doorstaan - struikelde ik over een stapel boeken. Rinkeldekinkeldekinkel: daar viel het gezinsgeluk aan diggelen op mijn plavuizenvloer. Weldra tinkelden de laatste restjes Job, Petra en Mandy een ritmisch muziekstukje in de buizen van de stofzuiger. “Goh, wat zonde!”, zei ik, waarop Jody en ik in lachen uitbarsten Hij dacht er kennelijk net zo over als ik. Ik borg de stofzuiger op en dronk Een Vers Kopje Théééééé! (jaja, ik deed even een Frogertje) uit een doodsaai theeglas zonder poespas. Ja, alles kan een mens gelukkig maken.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten