woensdag 24 februari 2016

Molletjesweken

De laatste weken was ik gewoon niet in the mood; moest ik heel diep gaan om er lol aan te beleven. Maarja, ik vind dat het er nu eenmaal bij hoort. Dus hup, niet zeuren: gewoon faken met die hap. Gewoon doen alsof ik het allemaal met plezier doe. Sporten. Huh? Sporten? Zij die drie jaar geleden het licht zag en langzaam transformeerde tot een fitte deerne? Zij die te pas en te onpas menig tijdlijn vervuilt met irritante meldingen over bezoekjes aan de sportschool? Yep. Het zijn de Molletjesweken. Het is mijn vaste winterkwaal die begin januari opspeelt en meestal aanhoudt tot medio  februari. De feestdagen zijn voorbij, de dagen zijn kort en donker en dan gaat Mir ondergronds. Even op de waakvlam. 

Tijdens de Molletjesweken eet ik bij voorkeur chocola in meer hoeveelheden dan goed zijn voor een mens, zou ik ook op het werk het liefst in een joggingbroek en op Crocks rondlopen… Eigenlijk ga ik dan liever helemaal niet naar m’n werk en blijf ik thuis met een dekentje op de bank, om alles te verslinden wat Netflix en de bieb me maar te bieden hebben. Tijdens de Molletjesweken ben ik gewoon zo lui als een deur en is mijn interne saboteur ineens terug van heel lang weggeweest.
 
Tijdens de Molletjesweken doe ik ook aan Shitness in plaats van fitness. In die periode sleep ik me naar de sportschool; zo verstandig ben ik dan nog wel. Maar mijn rondjes krachttraining raffel ik af. 3 x 12 setjes squatten. Squatverdamme! Zeven is mooi zat. Bij de vierde push-up plof ik zuchtend neer op m’n matje, met het idee om daar rustig te blijven liggen om eens grondig na te denken over het gat in de ozonlaag en de zin van ons aardse bestaan. Twee weken terug stond ik ineens vertwijfeld naar de zilveren halter in mijn hand te kijken. Mijn interne saboteur vroeg zich hoofdschuddend af waarvoor ik het ‘in Godsnaam allemaal deed.’ 
 In een poging om mijn routine maar eens om te gooien, en met het idee dat de Caribische muziek me zou opzwepen, probeerde ik eens een paar lesjes Zumba. Ik moet zeggen: het kon erger. Sommige dansjes kon ik zelfs aardig volgen. Maar bij het overgrote deel had ik dat typische Genesis-gevoel: ‘Iììììì Can’t Dance!’  Vriend Saboteur lachte me recht in m’n bek uit. Moet haar nou zien tussen al die doorgewinterde Zumba-dames. Tsss, tssss….

Tijdens de Molletjesweken heb ik trouwens ook een takkehekel aan foto's en videootjes van squattende, lunge-ende, cross-fittende, opdrukkende, springende, dansende en plankende fitgirls. Jeweetwel, in van die kekke sportbroekjes en felgekleurde sport-bh’s. Blèh! Zelfde geldt trouwens voor wazige spreuken op regenboog-achtergrond. Oh nee, die vind ik ook stom in de zomer. Of de lente. Of in de herfst. Goed, het zal je niet verbazen dat ik tijdens de Molletjesweken wat minder actief ben op Facebook en Instagram.
 
Gelukkig ken ik mezelf en weet ik ook dat het altijd wel weer goed komt. Dat de balans weer langzaam terugkeert in mijn naar licht en zon snakkende lijf. Dit gebeurt meestal eind februari, zodra ik na een lange dag werken weer in het licht naar huis fiets. En inderdaad: deze week stond ik weer met échte zin te springen, te squatten, te zweten. En de saboteur? Die is weer terug naar Verweggistan. Maargoed, voor alle zekerheid, toch nog maar even zo’n strontvervelend kijk-mij-eens-plaatje. Om mezelf nog eens extra op te peppen. En wie weet: om anderen met vergelijkbare fratsen wat te inspireren. Molletjes, kruip uit je holletjes en... Powerrrr! 


 
M

donderdag 31 december 2015

Fijne stampers en ouwe krakers




Mixtape is een hip woord voor van-alles-en-nogwat-cassettebandjes. Daar heb ik nog een hele kist vol van. Jeweetwel, met dj's die door het intro van jouw favoriete nummer heen wauwelen, met keihard zo'n irritante 'TROSSSS!'-jingle door jouw ultieme nummer 1, met half afgebroken nummers die aan kant B weer verder gaan (snel omdraaien, Record, en weer doorademen...).
En vroegah had je de LP of single. Of gewoon: de plaat. Tegenwoordig heb je iets 'op vinyl'. Ik kom uit een familie van vinylfanaten (of gewoon: plaatjesdraaiers) en grate diggers (da's een coole uitdrukking voor zoeken-naar-allerhande-curiosa-tussen-stapels-ouwe-lp's-en-singles). 

Als mijn moeder eens een avondje weg was - zij is niet zo'n liefhebber - toverde mijn vader de ene na de andere plaat of single uit de kast. Zo ontdekte ik bijvoorbeeld dat de B-kant van Super Sisters' She Was Naked vele malen aparter was: gloebel gloebel glab, blab, blab... En van Super Sister is het maar een kleine stap naar de Nits; Red Tape vonden wij allebei mooi. Nog steeds trouwens. 


Mijn Ouwe Heer gaf ook graag wat lesjes Herkomst van de Hits. Wonderfull Days van Charly Lownoise & Mental Theo bijvoorbeeld. Tony Ronalds'  'Help get me some help' draaide hij ter illustratie even af op 45 toeren. Mijn kennis van ouwe houserds heb ik te danken aan mijn grote broer, mijn grote neef, mijn grote buurjongens en aan de grote Ben Liebrand. Levensdoel van mijn broer en mij was jarenlang: genoeg sparen voor de volgende Turn Up The Bass, jawel: 'Van Arcade!' En dan het liefst op cd, want die kraakten niet en klonken beter. Maar, cd's waren ook knetterduur: 39,95 klinkende guldens.

Joost kocht ze later allemaal tweedehands: op vinyl. Hij heeft een idioot grote platenverzameling; inmiddels vele, vele malen groter dan Pa's Platenkast. Gek genoeg heb ik jaren geen platenspeler in mijn bezit gehad. Maar, nu staat er weer eentje te pronken en ja, nu is ook bij mij het hek van de dam... 
Sinds tweede Kerstdag staat ons rommelhok vol met vinyl, met dank aan mijn schoonvader. Zijn collega had 'nog wat staan. Of Cor nog iemand wist...
Dat werd een paar dagen serieus schatgraven. Of Grate Diggen. Ook goed. Er is van alles door m'n handen gegaan: van Heintje tot Händel, van André van Duin tot Michael Jackson, schitterende picture discs uit de jaren vijftig, 



 Maar ook heerlijke synthpop uit the eighties, platen met alleen maar geluidseffecten (vroegah hadden ze nog geen samplers), carnavalskrakers en klassiekers zoals 'De 14 grootste suksessen van Eddie Christianie'...

Als een kind in een snoepwinkel wurmde ik me door de stoffige en eclectische verzameling.
Mijn broer en mijn vader mogen absoluut een middagje komen schatgraven. Of grate diggen. Het scheelt daarbij dat zij vooral dol zijn op oud spul. De 'ouwe' houserds heb ik er al uitgevist. Turn Up The Bass 1 t/m 16. Whoooaah! Hopelijk kraken ze lekker.... 

En hier nog een paar mooie plaatjes... :-)








vrijdag 4 december 2015

Mir's Vervelende Vakantieverhalen, deel 3 - Katten, Krekels en KrijsendKroost

Ik zit er weer. Op het Wester honk. Op het heerlijk lelijke Bos en Lommerplein, dat inmiddels weer is opgesierd met kerstverlichting. Een week geleden lag ik nog met m’n gat op een ligbedje en zochten we verkoeling in het zwembad. En floep: zo is je vakantie weer om. Ik houd het gevoel zo lang mogelijk vast, en ik ga u nog eenmaal vermoeien met mijn Vervelende Vakantieverhalen. Gewoon. Omdat het kan. Bam. Hatseflats. Falderalderiere.




Als we iets hebben gemist tijdens ons tripje naar Niksie Niksieland, dan is het wel… Haring? Drop? Oeverloos polderen? Zwarte Pieten? Nee, nachtrust. Aan de zwier met cocktails en bier? Mwooaaah… Na twaalven was er eigenlijk weinig meer te doen. Al kon je wel naar discotheek Pacha. Klinkt Ibiza-hip, maar ik zal u uit de droom helpen: licht belegen handjes-in-de-lucht-house en hossende, bleke, bezopen  Britten. U heeft een beeld? Ok. Dat werd 'm dus niet.


In een doorsnee werkweek staan we rond 4:45 op. Opstaan om 7:30 zien wij dus als uitslapen. Zodoende zaten we ook al lekker vroeg aan het ontbijt. De dagen waren lang en de nachten waren kort en gebroken. Nacht 1 bleef ons toiletje maar druppelen. Ploep-ploep-ploep-ploep… In hazenslaapjes droomde ik van klaterende beekjes en truttige vijvertjes. En van gespierde loodgieters. In tuinbroek met ruitjesmotief. Oeps: guilty pleasure!
Op ons verzoek werd de plee de volgende dag keurig gerepareerd. Voor de rest van de nachten werden we wakker gehouden door de drie K’s: Katten, Krekels en Krijsend Kroost.
 
 
 
 
 
 
 
Op het terrein liep een aantal dunne, maar goedverzorgde katten rond. Gekoesterd, omdat dit legertje roofdieren de muizen en ratten verjaagt in Niksie Niksie-land. Overdag kuierden de katten in het restaurant bij het zwembad. Miauwend liepen ze om je heen, in de hoop op wat lekkers. ’s Nachts gingen ze aan de zwier. Onze hotelkamer was op steenworp-afstand van het speciale ‘Cats Cafe’, een grote zandvlakte met bakjes water en voer. Ja, en wat krijg je met die cafégangers: die gaan wel eens met elkaar op de vuist. Midden in de nacht werden we dikwijls gewekt door een onvervalste cat fight. Mrrrrraaaaauuuw!!
 
Ha, wat een rustgevend geluid: tjirpende krekeltjes. Maar, wacht maar tot er eentje in je kamer zit. Op dag 3 deed Japie Krekel zijn intrede in ons nederige stulpje. Zodra de lichten uit waren begon hij – vrouwtjes tjirpen niet – geluid te maken. Aardig volume voor zo’n klein beessie. De krekel verstopt zich graag en laat zich slecht vangen, zo leerden we. We deden de schuifpui open: ‘Dan kan hij z’n vriendjes horen en hopt-ie erheen’ was het idee. Maar Japie bleef zitten waar-ie zat. Zeker zes dagen was-ie ons huisdier. Het tjirpen werd steeds zachter en minder frequent. Ik denk dat Japie uiteindelijk het loodje heeft gelegd. De natuur kan zo wreed zijn.. snif…
 
 


En dan die derde K: de K van Krijsend Kroost. Of, van Kutkoter. Geloof me: ik heb geen hekel aan kinderen. Er zijn momenten dat ik onbeschrijfelijk veel verdriet heb van het feit dat ik zelf geen kinderen heb. Gelukkig kan ik erg genieten van andermans kroost, en ook deze vakantie heb ik met veel plezier een aantal leuke gezinstafereeltjes mogen aanschouwen. Zo zag ik een Zweedse oma, zingend met haar kleinkind: ‘Ennn…. Uppattaaa…!! Aaah… die gekke Zweden toch J En zo was er de Blije Vader, een Nederlander met een aardappel in de keel. Ok, we kregen er een béétje jeuk van, maar we moesten toch toegeven dat Arend-Jan, zoals wij ‘m noemden, erg leuk was met de kids. ‘Spannend hè, Boudewijn? Kom; gaan we naar mama voor wat lekkers.’ Idyllisch als een reclamespotje. We waren minder te spreken over het gezinnetje dat vier dagen voor ons vertrek hun intrek nam in de kamer naast ons. Een Engelssprekend stel met een kleintje. We hebben ze nooit gezien, maar we konden ze ruiken – pa en ma paften op het balkon – en vooral horen. Hun spruit was – ik zeg het maar gewoon zoals het is – een strontvervelende, schreeuwerige Kutkoter. Katten, krekels en druppelende pleepotten waren er niks bij. Mijn god: The Kid From Hell. Sjee, het zouden je buren maar zijn…
 
Vrijdagnacht waren we thuis. Ons bed was ijskoud. Maar ooooh, wat was het heerlijk stil! Zo. Nu weer een flink aantal maanden werken, om ons weer op te laden voor een volgende vakantie, naar een ander mooi Niksie-niksie-land. Ik kan niet wachten…. Tot die tijd droom ik ervan. In alle rust. 



Zzzzzzzz......
 
 

zondag 29 november 2015

Mir's Vervelende Vakantieverhalen - deel 2: Roodbroek, Blauwbroek en Tralala


'Good moooorning, good moooorning!’  Ah. Iets voor 10:30u. De vaste tijd waarop het blik animeermeisjes en animeermeneren werd opengetrokken in ons relax-reservaat. Het legertje Rood- en Blauwbroeken liep dagelijks langs de rijen ligbedjes, om te eindigen op een van de loopbruggen over het zwembad voor hun begin-de-dag-met-een-dansje-routine. 


Jody heeft een hartgrondige hekel aan dit soort types, of: zoals hij ze zelf noemt: 'blije jokers’ . 'Gooood mooorning’  was  voor hem de cue om zijn befaamde sodemieter-op-gezicht voor de dag te toveren. Voor mij was het de cue om op te springen en in beweging te komen. Ik ben best goed in niksen, maar inmiddels heeft mijn fitnessverslaving zulke serieuze vormen aangenomen dat ik echt een sacherijnige ui word als ik mijn portie lichaamsbeweging een paar dagen moet ontberen. En dus waren we om de dag in 'the gym’ te vinden en maakte ik gretig gebruik van de korte groepslesjes, onder leiding van Blauwbroek-met-sixpack. Het plankt best aangenaam, tussen de wuivende palmen en met het geluid van de golven en kwetterende vogels op de achtergrond. Stinkende matjes; dat wel. 


En daar kwam ze weer aangehuppeld: het Zweedse Dametje. Grijs, graatmager en zo gek als een draaideur. Tralala! Net als ik was ze een trouwe bezoeker van de dagelijkse half uurtjes. Net als ik kon zij haar evenwicht slecht bewaren. Dat schepte een band. Ze werd mijn 'vaste' sportmaatje. Half Engels half Zweeds kletste ze tegen me, wild wapperend met haar dunne armpjes. Giechelend kronkelde ze op haar matje, tot grote ergernis van Blauwbroek: 'Concentration please.’  sprak hij vermanend. 

Tijdens de Aqua-fit lazerde Blauwbroek dagelijks 'per ongeluk' het water in. Vond men hilarisch. Het Zweedse Dametje maakte  er een sport van om zo'n Rood- of Blauwbroek in het water te duwen. Ze gaf daarbij overduidelijk de voorkeur aan de heren. Dat sommigen nog een shirt droegen of hun pokkie nog in hun broekzak hadden maakte haar niet uit. Ze had ook weinig oog voor de randen van het zwembad. Ongetwijfeld was deze huppelende, giechelende grijze ragebol de schrik van menig Blauw- en Roodbroek. 



Rond 15:00 kwam de kudde 'blije jokers' weer aangehobbeld. Vaste prik. En op een goede middag kregen ze Jody in het vizier. 'Aaargh, daar heb je weer zo'n dweil,' verzuchtte hij.
'Wanna play waterpolo?' Vroeg Roodbroek. We zijn vaak in Spanje op vakantie geweest, alwaar de beroepsvermakers meestal uit Nederland komen.  De eerste dag probeerden ze het nog vol enthousiasme: 'Hey, doe je mee waterpolo?' Jody's barse 'Nee.' in combinatie met die welbekende sodemieter-op! / Ik-heb-niet-met-jou-geknikkerd-blik waren meestal voldoende om ze de rest van de vakantie af te schudden. Deze roodgebroekte Kaapverdiaan was volhardender: 'No waterpolo?' 'No thank you.' 'No??? Aaah... Come on, man!' 'No, thank you.' 'Really?' Waarop Jody zijn imposante litteken op z'n elleboog liet zien. Dat hielp. 'Je moet ook geen oogcontact met ze maken', mopperde hij tegen me. 'Da's net als bij honden. Als je ze aankijkt dan komen ze naar je toe.' Ja. Weet ik. Ik mag mijn echtgenoot zo af en toe graag een beetje plagen. Want ergens diep in mij schuilt namelijk een klein, springerig giechelend tralala-typetje. Oei, ineens zie ik mezelf, grijs en grijnzend, een gespierde jonge knaap het water in duwen. Wacht maar tot ik oud ben en alle schaamte voorbij ben. Tralala! 


vrijdag 27 november 2015

Mir's Vervelende Vakantieverhalen - deel 1: Niksen

Vrijdagmiddag. Ik gooide mijn werktelefoon uit, waarna ik 'm met een gracieuze boog in mijn tas gooide. Ik ruimde nog wat paperassen op en ik stelde mijn auto-reply in. 'Wat ga je doen tijdens je vakantie?', vroeg een collega. 'Zo min mogelijk.' Da's mijn korte versie van 'Nee, niet backpacken en op trektocht in het nog ongerepte en nog niet door toerisme verpeste OeroeBoeroe-gebergte,  en dan slapen in een muf ruikende tent, stoned van de anti-muggenspray, maar gewoon schaamteloos lui zijn en lekker relaxen in zo'n fout all-inclusief-resort.' Mijn echtgenoot en ik kunnen heerlijk bekvechten over muziek, films, politiek, het nut van opruimen (ahum) en het verschil tussen kleding Nodig Hebben en eh... laat maar... Maar over vakanties zijn we het roerend eens: zon, zee, strand en zo min mogelijk gedoe. Wij verstaan de Kunst van het Niksen redelijk goed. Deze keer gingen we Niksen op Boa Vista, een van de Kaapverdische eilanden. Het eiland leent zich ontzettend goed voor het Echte Niksen, want er is daar... Niks. Ten minste: tijdens de busrit richting resort reden we over hobbelige zandweggetjes en om ons heen was... Niks. Niks, behalve dorre vlaktes, zand, hier en daar een verdorde struik en een paar verdwaalde koeien langs de kant van de weg. Na een half uurtje hobbelen dook ons resort op, als een fata morgana in de woestijn. Zandkleurige torentjes, mooie metselwerkjes, poortjes en palmen sierden de vorstelijke oprit.


Hier gingen wij dus 2 weekjes Niksen. Maar, ik had mezelf wel een doel gesteld: even geen SM. Dat moest maar eens even afgelopen zijn. En trouwens, Jody heeft het ook helemaal niet op al dat gedoe. We kunnen toch ook wel eens zonder al die speeltjes? Dus: even geen Facebook, Instagram, Twitter, kortom: geen Social Media :-) 

Bij aankomst moesten we wachten tot we konden inchecken. Voor ons in de rij stonden twee oudere dames. Twee vriendinnen; zo te horen uit 't Westland: 'Hey, d'r is hier wel wifi. Ken ik ff appe.' 'Wat ga je appe dan?' 'Nou, de kinderen. Dat we in de rij staan.'  Dus dat. Ergens anders, buiten op het terras, zat een ouder stel te Facetimen. 'Jaaa? Kan jij mij zien? Ik zie jou wel!'  Het thuisfront had 't niet verstaan. 'Dat Ik Jou Wel Kan Zien!!' En toen nog iets over zon en veel biertjes. Dus dat. Ik appte mijn moeder maar alvast dat ik beperkt te appen zou zijn - iets met verwachtingsmanagement. Eenmaal op de hotelkamer mocht mijn iphone alleen de kluis uit voor een muziekje, een fotosessie of een sporadische wifi-sessie. 90% van de tijd offline. En om eerlijk te zijn: het beviel me prima! Ik denk dat ik weinig tot Niks gemist heb. 

Hebben we dan echt Niks gedaan en Niks beleefd? Volgende keer meer over Krekels, Katten en Koters, Zweten en Zweden. Stay tuned :-)


vrijdag 23 oktober 2015

Gelikt

Mijn Spotify-lijstje ‘Diverse Deunen’ telt inmiddels 402 nummers. Ooit begonnen met Skrillex’ Bangarang en plaat nr. 402 voegde ik gisteren toe: Vitesse met Rosalyn. Het is nogal een bonte verzameling aan muziek en ik gooi ‘m altijd vrolijk op Shuffle. En dus kan het zomaar gebeuren dat ik eerst – ik noem maar eens wat – Safe and Sound van Capitol Cities hoor, gevolgd door Dirty Boots van Sonic Youth, en daarna…  Mariah Carey. Wááát? Mariah fukking Kerrie? Ja. En ik schaam me er niet voor. Jaja, ik weet het: kleffe hap, gelikte kutmuziek, overgeproduceerde bagger, aal in een emmer snot. Verklaar me maar voor gek, lach me maar uit, spreek er schande van, het maakt mij niet uit: ik heb er poep aan. Want echt: niets lekkerder dan tijdens strijken, poetsen en andere huishoudelijke klussen haar ge-oooh, ge-aaah en vooral haar hoge ge-íííííhííííhííí proberen te evenaren. En daar hoort natuurlijk ook een kittig wulps dansje bij. Mijn ooh-lalala-Leifheit zwabber ik al kronkelend en kirrend door de kamer. Iíííhíííííhííí!

U dacht dat dit alles was? Slechts een onschuldige Guilty Pleasure? Neen. Regelmatig speur ik het internet af, op zoek naar allerlei Mariah-footage. Ze hangt of ligt – ze houdt niet van zitten – op de sofa, ze hangt met haar posse en ze hangt altijd de diva uit. Ze ziet er natuurlijk ook altijd gelikt uit. Ok, beetje mollig, maar wel gelikt. Ze spreekt op een verveelde, lome arrogante toon, en vaak in koninklijk meervoud: “We love him for that.” Mariah is ook de reden dat ik ooit een Instagram-account heb aangemaakt. Via dit medium maakt ze haar volgelingen op zeer regelmatige basis deelgenoot van haar leven in die heerlijke roze bubbel. Ik vergaap me aan haar outfits, haar nepnagels, haar killer heals, de kiekjes met andere celebs, de kiekjes van de kids  oftewel ‘dem babies’…  En allemaal met zo’n fijn, alles mooi makend en glad strijkend gelikt Instagram-filtertje.  We loooove Instagram-filtertjes: zelfs mijn huis-tuin-en-keukenbeslommeringen worden er glamorous van.
Kan het nóg erger? Ja, ik vrees van wel. Ik heb de film Glitter diverse malen gezien. Het is ongetwijfeld een van de slechtste films allertijden met het dunste verhaal allertijden, en naar het schijnt wil La Carey herself ook niet meer herinnerd worden aan dit fiasco. Maar de soundtrack was strak. Al haar albums staan op Spotify behalve Glitter en dat vind ik jammer. Eighties-New-York-Ghetto-stijl met veeeel dikke synths en veeeel 808. En ja, ook met veeeeel zuurstok- en suikerspinnerij met daarbij  het gebruikelijke gelikte gehijg, gegil en ge-add lib, verdeeld over die befaamde vijf octaven. Niet op Spotify dus, maar wel bij ons in de kast. Net als al haar andere albums, trouwens J

Maar – zo is het dan ook wel weer- ik vind niet alles even geweldig. Without You bijvoorbeeld. Vinnik echt een kutplaat. Oh, ze vindt het origineel beter? Mir de Muzieknerd heeft ergens nog een restje verstand? Ik moet u teleurstellen: de versies van Badfinger en Nilsson vind ik weliswaar minder gelikt en veel authentieker, maar net zo vreselijk. Verder hoor ik Mariah ook liever voluit knallen met een vet gospelkoor op de achtergrond, dan dat hijgen wat ze later is gaan doen. Maar goed – of je het nou mooi vindt of niet -  een ding moet je haar nageven: the bitch can sing! Al gaat de glans er zo langzamerhand wel een beetje af. Zeker live. Maar, ook daar hebben ze filtertjes en andere fijne oppoetserijen voor. En met een gelikte show maakt het ook niet zoveel uit of je kunt zingen of niet. Mocht ze ooit uitgezongen zijn, dan zal ik er niet heel erg wakker van liggen. En velen met mij, gok ik.  Als ze haar gelikte leventje maar blijft delen vind ik alles best. We looooove her for that!

vrijdag 17 juli 2015

Vernageld

Potver, het leven valt niet mee vandaag. Simpele dingen waar ik nooit over hoefde na te denken, kosten me sinds gisteren ineens grote moeite. Een papiertje van de grond oprapen, mijn pinpasje uit mijn portemonnee pakken, mijn contactlens uit het bakje vissen… En ook het typen van dit stukkie valt me bijzonder zwaar. U hoeft geen medelijden te hebben: dit alles heeft geen medische oorzaak. Nee, dit is puur cosmetisch en ja, ik heb het mezelf aangedaan.

 Hoewel ik vaker met de gedachte speelde om mijn immer gebroken nagels eens kunstmatig op te laten leuken, kwam ik er nooit toe om eens binnen te stappen bij zo'n zuurstokkerige nagelsalon. Tot gisteren, op mijn vrije dagje. Tijdens mijn stadswandelingetjes richting mijn werk loop ik langs de Golden Nails, Hollywood Nails, Perfect Nails en Universal Nails. Zeker over die laatste naam heb ik vaak nagedacht: wat moet ik me daarbij voorstellen: spacy nagels uit het universum? Of nagels die universeel zijn? Hm, lijkt me niet zo sexy. Goed, gisteren passeerde ik Good Nails. Hm, goeie naam. En de prijs viel me ook mee: 30 euro. Enige dingetje: de zaak was uitgestorven. Maar, onder het mom van YOLO - voor de oudere jongeren onder ons: dat staat voor You Only Live Once – stapte ik naar binnen.

Gelnagels. Of acrylnagels. Ik weet eigenlijk niet eens welk van de twee nagelverlengende technieken het Taiwanese meiske heeft toegepast, daar haar Nederlandse woordenschat nogal beperkt was en het mijn eerste keer was. “Lang? Kort?” Kort. “Vierkant? Rond?” Rond. “Ovaaaal”, verbeterde ze zichzelf. Ja. ovaal leek me ok. De hele procedure nam ongeveer een uur in beslag. Ondertussen dronk ik thee uit een plastic bekertje en keek ik naar een of ander tekenfilmkanaal van Disney, vertoond op de enorme platte tv die tegen de roze geverfde muur hing. Want, als iets universeel is bij nagelstudio’s, dan is het wel de roze aankleding. En, zo’n reclamebordje van ledverlichting.
Tot mijn opluchting druppelden er gaandeweg wat meer klanten binnen. Het werd zelfs best gezellig. De oude dame die graag een ander kleurtje wilde, had zin in een praatje, maar stuitte daarbij op de taalbarrière. Maar, dat weerhield haar er niet van om een paar verwoede pogingen tot conversatie te doen. Tot drie keer toe legde ze uit dat ze geen koffie wilde, omdat ze al koffie had gedronken tijdens de koffieochtend in het buurthuis. De nageldame lachte vriendelijk. “Spreek. Je. Geen. Nederlands?”, vroeg de dame, langzaam, overdreven duidelijk articulerend en op vol volume. Nee dus. Maar mevrouw gaf niet op. Op dezelfde langzame en luide wijze vervolgde ze: “Mijn broer is getrouwd. Met een Filipijnse. Ik ben daar een keer geweest.” Er werd vriendelijk geknikt. “Was MOOOI!”, voegde de vrouw er nog aan toe. “Jaaa, mooi!’, antwoordde de nageldame.

Uiteindelijk zijn mijn “korte” ovalen nagels aardig lang uitgevallen. Mijn leventje wordt hiermede dus ietwat gecompliceerder. Ik voel me net Wolverine uit X-men. Evengoed zorgt het ervoor dat je de dingen erg ‘mindfull’ aanpakt. En, wat kun je leuk trommelen met die harde nagels. Ik had gister een klein lolmomentje met mezelf, toen ik mezelf op mijn nagels begeleidde terwijl ik ‘Oh Carol’ van Neil Sedaka zong. Op het toilet, dat ook nog. Of ik piano kan spelen is nog even de vraag. Dat ga ik vanavond maar even proberen. En hoe mijn eigen nagels hieronder vandaan gaan komen? Hmmm… daar denk ik nog maar even niet aan. Hopelijk zijn ze niet al te erg vernageld, eh… vernaggeld.