Dinsdagmiddag interviewde ik een collega voor het wekelijkse item 'In de hoofdrol' op Intranet; een leuk stukkie human interest. Ineens hoorden we een collega de trap af komen. Trippel, trippel, trippel BOEM! En daarna niets. Uh oh...
De dame in kwestie was over haar hakken gestruikeld. Geschrokken, maar goed aanspreekbaar zat ze op de grond bij te komen van haar val. Al gauw stond er een aardig groepje ramptoeristen om haar heen, inclusief de ietwat ongeïnteresseerde congièrge. "Is de BHV eigenlijk al gebeld?" Een secretaresse snelde richting telefoon. Bij terugkomst vertelde ze hoe het telefoontje ging. "We komen eraan!" werd er geroepen en er werd opgehangen, zonder dat gevraagd werd waar het tragische ongeval had plaatsgevonden.
In de minuten die volgden kwam er vanalles langs, behalve een BHV'er. De gevallen vrouw was inmiddels alweer omhoog gekrabbeld. Alleen een zere knie. Daar kwam iemand aan. "Ha, ben jij BHV'er?" "ja, *zucht*, wat is er gebeurd, *zucht*?" Toen kreeg hij de congièrge in het oog. "Jij bent toch ook BHV'er??" Congièrge: "Eh. oh ja... Ehm... heb je nog pijnklachten?" Een waar Toren C-momentje. Ik hoop alleen dat mij niets overkomt...
Zelfgebakken columns van Mir uut Almere. Staat bekend als levende Soundhound, notenkraakster, knoppendraaier, frequent sportschoolbezoekster en stukkiesschrijfster.
woensdag 24 februari 2010
donderdag 11 februari 2010
Labrador Henk
De ideeënbus, het bedrijfsblaadje, de prijzenkast met van die oerlelijke bekers die gewonnen zijn tijdens de avondjes bowlen met de personeelsvereniging… Typische dingen die je tegen kunt komen tijdens een middagje Oud-Hollandsch Bedrijfsculturen Snuiven. Ik durf met enige stelligheid te beweren dat ook de Gebakjeskalender een veelvoorkomend verschijnsel is.
We schrijven april 2003; mijn eerste werkdag op het secretariaat van de reinigingsafdeling binnen de gemeente Amsterdam. “En wanneer is je gebaksdatum?”, vroeg boekhouder Henk, gekleed in bordeauxrode ribbroek en kabeltrui in vrolijke grijstinten. “Ik houd namelijk de gebakjeskalender bij. “ Aha, op die fiets. Het is niet mijn hobby om verjaardagen af te lopen. Zeker niet bij familie: de hele avond in een kring zitten, beleefdheden uitwisselen en sterke verhalen aanhoren. Op kantoor sta je in een kringetje te klungelen met je taartje, want er zijn áltijd te weinig bordjes en vorkjes. En dan je hebt natuurlijk van die alfamannetjes die je, voor je kunt protesteren, iets te gretig naar zich toetrekken om je te trakteren op drie kleffe zoenen. “14 augustus 1979”, antwoordde ik. Vakantietijd… Heerlijk rustig!
Weldra vond ik mijn draai in het bedrijf. Zo af en toe kwam er via de e-mail eens een berichtje langs van Jarige Jop of Jet die een aantal directe collega’s uitnodigde voor koffie en gebak. Bij iedere gelegenheid was Henk van de partij. Dan kwam hij toevallig even langslopen. “Goh, ben je jarig? Gefeliciteerd!” En vervolgens dook hij dan met een gulzige blik in zijn grote bruine ogen in de gebaksdoos. “Mmm… ik zie nog één moorkop. Nou, ik laat de hond uit, haha!” Ik heb hem regelmatig met verbazing aangestaard: hoe snel hij die lekkernijen naar binnen wist te werken. Werkelijk niet te geloven. Hij zou eens een wedstrijdje moeten doen met mijn zwarte Labrador. Waarschijnlijk wint Henk met neuslengte verschil.
“Wil je even een afspraak plannen met de boekhouder?”, vroeg het afdelingshoofd. Ik raadpleegde de digitale agenda’s. Die van het afdelingshoofd stond natuurlijk weer vol met allerlei tenenkrommend saaie overleggen. De agenda van Henk was redelijk leeg. Maandag 20:00u: “Bardienst bij damvereniging”. Dinsdag 19:00u: “Koorrepetitie”. Het inkijkje in het privéleven van Henk vond ik wel amusant. Woensdag: hee, krijg nou de blafhik: “Verjaardag Bart, afd. Welzijn en Onderwijs”. Vrijdag: “Verjaardag Liesbeth, afdeling Communicatie”. Aha, daar komt de aap uit de mouw. De agenda van Labrador Henk: één grote Gebakjeskalender.
We schrijven april 2003; mijn eerste werkdag op het secretariaat van de reinigingsafdeling binnen de gemeente Amsterdam. “En wanneer is je gebaksdatum?”, vroeg boekhouder Henk, gekleed in bordeauxrode ribbroek en kabeltrui in vrolijke grijstinten. “Ik houd namelijk de gebakjeskalender bij. “ Aha, op die fiets. Het is niet mijn hobby om verjaardagen af te lopen. Zeker niet bij familie: de hele avond in een kring zitten, beleefdheden uitwisselen en sterke verhalen aanhoren. Op kantoor sta je in een kringetje te klungelen met je taartje, want er zijn áltijd te weinig bordjes en vorkjes. En dan je hebt natuurlijk van die alfamannetjes die je, voor je kunt protesteren, iets te gretig naar zich toetrekken om je te trakteren op drie kleffe zoenen. “14 augustus 1979”, antwoordde ik. Vakantietijd… Heerlijk rustig!
Weldra vond ik mijn draai in het bedrijf. Zo af en toe kwam er via de e-mail eens een berichtje langs van Jarige Jop of Jet die een aantal directe collega’s uitnodigde voor koffie en gebak. Bij iedere gelegenheid was Henk van de partij. Dan kwam hij toevallig even langslopen. “Goh, ben je jarig? Gefeliciteerd!” En vervolgens dook hij dan met een gulzige blik in zijn grote bruine ogen in de gebaksdoos. “Mmm… ik zie nog één moorkop. Nou, ik laat de hond uit, haha!” Ik heb hem regelmatig met verbazing aangestaard: hoe snel hij die lekkernijen naar binnen wist te werken. Werkelijk niet te geloven. Hij zou eens een wedstrijdje moeten doen met mijn zwarte Labrador. Waarschijnlijk wint Henk met neuslengte verschil.
“Wil je even een afspraak plannen met de boekhouder?”, vroeg het afdelingshoofd. Ik raadpleegde de digitale agenda’s. Die van het afdelingshoofd stond natuurlijk weer vol met allerlei tenenkrommend saaie overleggen. De agenda van Henk was redelijk leeg. Maandag 20:00u: “Bardienst bij damvereniging”. Dinsdag 19:00u: “Koorrepetitie”. Het inkijkje in het privéleven van Henk vond ik wel amusant. Woensdag: hee, krijg nou de blafhik: “Verjaardag Bart, afd. Welzijn en Onderwijs”. Vrijdag: “Verjaardag Liesbeth, afdeling Communicatie”. Aha, daar komt de aap uit de mouw. De agenda van Labrador Henk: één grote Gebakjeskalender.
donderdag 4 februari 2010
Slons & The City
Amsterdam: de stad met zijn veelzijdige inwoners, met zijn geveltjes en grachtjes, met coffeeshops, hondenpoep en... met vele kledingwinkels. Mijn collega Ilona heeft wat je noemt een Passion for Fasion. Die passie gaat zover dat haar bankrekening het nogal eens moet ontgelden. Ze weet elk winkeltje te vinden en tijdens de uitverkoop is haar jachtinstinct optimaal geactiveerd. Als ze ook nog columns zou schrijven, zou ze zomaar de Carrie Bredshaw van Amsterdam kunnen zijn...
Woensdagochtend las ik dat je beter presteert als je je zeker voelt over je kleding. De onderzoekers hadden een groep verzameld die allemaal een zwart jasje aankregen. Aan de ene helft werd verteld dat het van een duur merk was. De andere helft dacht dat het gewoon op de markt was gekocht. De mensen moesten een test maken en wat bleek? De merkjasjes-groep presteerden beter.
Sjee, is het dan echt waar? Zit het dus allemaal gewoon tussen de oren?
Die middag ging ik 'even' lunchen met Ilona. Zij: gekleed in een fraai zwart ensemble met een paar gewelidge laarzen eronder. Ik: bergschoenen, spijkerbroek, trui... Hallo, ik had een excuus, hoor! In Almere is het spekglad en vanaf mijn huis moet ik een eind lopen naar het station. Hmpf! "Even hier kijken!" En weldra stonden we in een strakke winkel in de Kinkerstraat. Ah, dus dáár heeft onze stadsdeelsecretaris haar kekke pakjes vandaan...
Ilona had een zwart jurkje uit het rek gevist en ging het passen. Ook ik trok een veel te duur exemplaar uit het rek. Even snel over m'n eigen kleding. Nee, dát staat lekker charmant: een elegant jurkje met daaronder een paar grote stampers. "Hm... niet helemaal uw kleur", zei de verkoopster beleefd en op gedecideerde toon. Zelden heb ik me zo slonzig gevoeld. Maar: volgende week neem ik revange: dan ga ik op mijn Paasbest een nieuwe poging wagen en kom ik thuis met een veel te dure aanvulling op mijn rijkgevulde garderobe. Mijn eigen onderzoekje wees uit 't uit: als je er slonzig uitziet, hou je geld in je zak. Ik wil nu wel eens bekijken of dat ook andersom werkt.
Woensdagochtend las ik dat je beter presteert als je je zeker voelt over je kleding. De onderzoekers hadden een groep verzameld die allemaal een zwart jasje aankregen. Aan de ene helft werd verteld dat het van een duur merk was. De andere helft dacht dat het gewoon op de markt was gekocht. De mensen moesten een test maken en wat bleek? De merkjasjes-groep presteerden beter.
Sjee, is het dan echt waar? Zit het dus allemaal gewoon tussen de oren?
Die middag ging ik 'even' lunchen met Ilona. Zij: gekleed in een fraai zwart ensemble met een paar gewelidge laarzen eronder. Ik: bergschoenen, spijkerbroek, trui... Hallo, ik had een excuus, hoor! In Almere is het spekglad en vanaf mijn huis moet ik een eind lopen naar het station. Hmpf! "Even hier kijken!" En weldra stonden we in een strakke winkel in de Kinkerstraat. Ah, dus dáár heeft onze stadsdeelsecretaris haar kekke pakjes vandaan...
Ilona had een zwart jurkje uit het rek gevist en ging het passen. Ook ik trok een veel te duur exemplaar uit het rek. Even snel over m'n eigen kleding. Nee, dát staat lekker charmant: een elegant jurkje met daaronder een paar grote stampers. "Hm... niet helemaal uw kleur", zei de verkoopster beleefd en op gedecideerde toon. Zelden heb ik me zo slonzig gevoeld. Maar: volgende week neem ik revange: dan ga ik op mijn Paasbest een nieuwe poging wagen en kom ik thuis met een veel te dure aanvulling op mijn rijkgevulde garderobe. Mijn eigen onderzoekje wees uit 't uit: als je er slonzig uitziet, hou je geld in je zak. Ik wil nu wel eens bekijken of dat ook andersom werkt.
Abonneren op:
Posts (Atom)